In een tijd waarin vrijwel alles lijkt te draaien om duurzaamheid, kijken we daarbij meestal naar het milieu. We doen er alles aan om zo weinig mogelijk te verspillen, zoveel mogelijk te recyclen. We wekken duurzame energie op, bouwen duurzaam en eten zelfs duurzaam.
In een tijd waarin vrijwel alles lijkt te draaien om duurzaamheid, kijken we daarbij meestal naar het milieu. We doen er alles aan om zo weinig mogelijk te verspillen, zoveel mogelijk te recyclen. We wekken duurzame energie op, bouwen duurzaam en eten zelfs duurzaam.
Ook in het bedrijfsleven is duurzaamheid tegenwoordig niet meer weg te denken. We steken veel tijd, geld en energie in het verduurzamen van ons bedrijf. Bij veel bedrijven liggen zonnepanelen op het dak die duurzame energie opwekken, wordt duurzaam geteelde koffie gedronken uit recyclebare bekertjes en is de printer in de ban gedaan om papierverspilling te voorkomen. Maar hoe duurzaam gaan we eigenlijk met mensen om? Duurzaam ondernemen betekent tenslotte ook aandacht voor Duurzame Inzetbaarheid.
Veel bedrijven besteden weinig of geen aandacht aan de duurzame inzetbaarheid. Vaak is het een ‘ver van mijn bed show’. Als ik aan managers vraag wat zij doen om hun medewerkers duurzaam inzetbaar te houden, hoor ik niet zelden: ‘Niet zo veel – Het gaat toch goed zo?’ of ‘Dat is alleen interessant voor heel grote bedrijven!’ Of ‘Wij hebben niet zoveel oudere werknemers in dienst, dus dat is voor ons niet belangrijk’. Maar is dat wel zo?
In dit artikel zal ik een aantal hardnekkige fabels over Duurzame Inzetbaarheid ontkrachten.
Veel bedrijven besteden weinig of geen aandacht aan de duurzame inzetbaarheid. Vaak is het een ver-van-mijn-bed-show. ‘Niet voor ons – wij zijn een jong bedrijf!’, ‘Het gaat toch goed zo?’, ‘Dat is alleen interessant voor heel grote bedrijven’.
Duurzame inzetbaarheid; niet iedereen heeft een goed beeld van wat het inhoudt. Op deze plek wil ik een aantal hardnekkige fabeltjes over Duurzame Inzetbaarheid ontkrachten. 'Duurzame inzetbaarheid gaat alleen over oudere medewerkers' is de eerste.
Waar denk jij aan als je ‘duurzame inzetbaarheid’ hoort? De kans is groot dat het eerste wat in je opkomt iets in de trant van ‘oudere werknemers’ is. Dat is niet zo vreemd. Voor veel mensen is duurzame inzetbaarheid gelijk aan langer doorwerken. Mensen blijven steeds langer actief in het arbeidsproces. We worden gemiddeld steeds ouder. Regelingen als pre-pensioen en VUT zijn al jaren geleden afgeschaft. De AOW-gerechtigde leeftijd (pensioenleeftijd) wordt sinds 2013 stapsgewijs verhoogd. In veel branches is er een tekort aan goede medewerkers.
Hoewel langer doorwerken zeker een onderdeel is van duurzame inzetbaarheid, is het maar een klein onderdeel van een groter geheel. Want als we pas aan inzetbaarheid gaan denken als medewerkers al tegen hun pensioenleeftijd aanlopen, zijn we veel te laat. De basis voor langer doorwerken wordt al op jonge leeftijd gelegd. Als we straks langer door willen werken, moeten we daar nu al aan denken. Met een gezonde leefstijl bijvoorbeeld. Door het stimuleren van doorlopende scholing en ontwikkeling. Door het HR-beleid aan te passen aan de behoeften die spelen in verschillende levensfasen.
Duurzame inzetbaarheid begint voor een organisatie al op de dag dat iemand in dienst treedt. Of ze nu 20 of 65 zijn. Duurzame inzetbaarheid gaat niet alleen over oudere medewerkers – het gaat over medewerkers van alle leeftijden.
Ik hoor wel eens: ‘Duurzame inzetbaarheid? Gaat dat niet over een fruitschaal en yogalessen op het werk?’ Jammer, want dat is een veel te beperkte kijk op het onderwerp. Duurzame inzetbaarheid; niet iedereen heeft een goed beeld van wat het inhoudt. Eerder stelde ik al dat het bij Duurzame Inzetbaarheid niet alleen over oudere medewerkers gaat. Hier een tweede hardnekkige fabel: Duurzame inzetbaarheid gaat vooral over vitaliteit en gezond eten.
Ja natuurlijk! Een gezonde leefstijl is zeker een onderdeel van duurzame inzetbaarheid. Wanneer we ons lichaam gezond houden, zijn we beter in staat om ons werk te doen. Ook op latere leeftijd. Maar er is heel wat meer dan een gezond lichaam nodig om duurzaam inzetbaar te zijn.
Zo speelt bijvoorbeeld ook mentale gezondheid een belangrijke rol. Stress is tenslotte beroepsziekte nummer één. Volgens schattingen heeft ruimt 10% van de werkenden – 1 miljoen mensen – in Nederland in enige mate last van overspannenheid of burn-out klachten. Vaak met (langdurig) ziekteverzuim tot gevolg. Het mag duidelijk zijn dat dit een enorme impact heeft op de inzetbaarheid van medewerkers. Alle reden dus om hier binnen de organisatie aandacht aan te besteden.
Maar ook met lichamelijke en mentale gezondheid zijn we er nog niet. De wereld om ons heen verandert voortdurend. Organisaties veranderen. Medewerkers zullen daarin mee moeten veranderen. Daar is meer voor nodig dan alleen een goede gezondheid. Doorlopende ontwikkeling, aanpassingsvermogen en aandacht voor morgen zijn daarom sleutelwoorden bij duurzame inzetbaarheid. Zowel voor de medewerkers als voor de organisatie.
‘Duurzame inzetbaarheid? Dat is toch helemaal niet interessant voor een bedrijf van onze omvang? Daar zijn wij toch veel te klein voor!’ In de praktijk blijken het vooral grote bedrijven te zijn die aandacht besteden aan duurzame inzetbaarheid. Dat is eigenlijk heel raar. Want ook bij middelgrote en kleine bedrijven spelen issues als vergrijzing en ontgroening, langdurig ziekteverzuim, topmedewerkers die het bedrijf verlaten, etc. Dit kost bedrijven veel geld. Een medewerker die thuiszit met een stevige burnout, is een flinke tegenslag voor het bedrijf en voor de medewerker in kwestie. Bovendien kost het een bedrijf al snel een ton – of het bedrijf nu klein, middelgroot of heel groot is.
Vertrekkende medewerkers, langdurig ziekteverzuim, underperformance: het is maar een greep uit de problemen die beperkt kunnen worden door meer aandacht te besteden aan duurzame inzetbaarheid. Maar werken aan duurzame inzetbaarheid bespaart niet alleen kosten, het levert ook op. De effecten van hogere productiviteit, gemotiveerde medewerkers en een goede naam op arbeidsmarkt zijn al snel terug te zien. Alle ingrediënten voor een sterke business case zijn aanwezig.
Dus hoe groot het bedrijf ook is, aandacht voor duurzame inzetbaarheid is zeker interessant – zelfs noodzakelijk – om vandaag, morgen en in de toekomst een ijzersterk bedrijf te hebben.
Ook deze fabel hoor ik regelmatig. Het antwoord is ja, duurzame inzetbaarheid kan ook bijdragen om zieke medewerkers weer aan het werk te krijgen. Maar het gaat veel verder dan dat.
Duurzame inzetbaarheid is er op gericht medewerkers gezond, gemotiveerd en productief te houden. Uiteraard hoort daar de begeleiding van zieke medewerkers bij. Zij krijgen alle hulp die zij nodig hebben om weer terug te keren op de werkvloer. In hun huidige functie of misschien in een andere. Bij duurzame inzetbaarheid wordt op individuele basis gekeken wat goed is voor de medewerker en wat hij nodig heeft om zijn werk te kunnen doen.
Maar beter nog dan iemand helpen bij zijn herstel, kunnen we ervoor zorgen dat de medewerker niet ziek wordt. Bijvoorbeeld door hem te helpen gezond te leven, door alert te zijn op eerste signalen van stress, door hem te trainen in vaardigheden waardoor hij het werk beter aan kan. Want ook hier geldt het aloude gezegde: voorkomen is beter dan genezen. Genezen kost namelijk zoveel meer geld, tijd, frustratie en energie dan voorkomen.
Duurzame inzetbaarheid is dus veel meer dan een zieke medewerker weer aan het werk krijgen. Het uitgangspunt is de medewerkers gezond, gemotiveerd en productief aan het werk te houden en juist te voorkomen dat zij ziek worden.
Duurzame inzetbaarheid betekent inderdaad vooruit kijken en vooruit plannen. Niet alleen aandacht voor het werk van vandaag, maar vooral ook dat van morgen. Strategische personeelsplanning kan daarbij zeker helpen. Op basis van inzicht in marktontwikkelingen, HR Analytics en de strategische bedrijfsplannen, maken bedrijven een inschatting van hoeveel personeel ze volgend jaar nodig denken te hebben en welke skills ze nodig hebben.
Maar een belangrijke factor wordt daarbij vaak over het hoofd gezien. Als de afgelopen maanden ons iets duidelijk hebben gemaakt, dan is het wel dat de toekomst lang niet altijd te voorspellen is. Plotseling kan er iets gebeuren waardoor de hele wereld op zijn kop staat. Niemand had de coronacrisis en alle gevolgen aan zien komen. In geen enkel strategisch plan is hier rekening mee gehouden.
De toekomst laat zich niet voorspellen. Niet alles is planbaar. Duurzame inzetbaarheid gaat daarom ook over flexibiliteit. Niet alleen eenmalig een plan opstellen en stap voor stap uitvoeren, maar het plan steeds weer aan kunnen passen als de situatie daar om vraagt. In kunnen spelen op wat er (vaak heel onverwacht) om ons heen gebeurt. Dat vraagt om aanpassingsvermogen en wendbaarheid. Deze vaardigheden staan dan ook centraal bij duurzame inzetbaarheid.
De laatste fabel in deze reeks. Stel: Een medewerker geeft al een tijdje aan dat het niet goed gaat. De werkdruk is te hoog, er wordt te veel van hem gevraagd en hij kan het allemaal niet meer bijhouden. Wat zou de leidinggevende dan moeten doen? Deze medewerker maar lekker laten doormodderen? Afwachten tot het moment waarop hij zich ziekmeldt of zijn ontslagbrief inlevert (en dat moment komt gegarandeerd)? Nee, natuurlijk niet.
Duurzame inzetbaarheid is er op gericht al in een vroeg stadium actie te ondernemen om ervoor te zorgen dat medewerkers in staat zijn om hun werk goed te kunnen doen. Dat ze voldoende zijn opgeleid, de juiste tools hebben om te kunnen werken, gemotiveerd zijn. Wanneer medewerkers goed op hun plek zitten, er niet te veel maar ook niet te weinig van hen gevraagd wordt, werk doen wat bij hen past, komen zij het best tot hun recht. Wacht daar niet mee tot er problemen ontstaan. We zagen het al eerder: voorkomen is beter dan genezen! Achteraf oplossen van problemen kost meer geld, tijd, frustratie en energie dan het voorkomen ervan.
Wacht dus niet langer: Werken aan duurzame inzetbaarheid begint al op de eerste werkdag!
Submitted by Lenneke Brouwers on 16/06/2020 - 11:34
Adesso Advies & Ontwikkeling
info@adessoadvies.nl | |
0162 - 74 34 83 | |
06 - 242 122 90 | |
K.v.K. | 60818077 |
BTW id | NL001675449B70 |